Kunst en calvinisme; het lijkt niet samen te kunnen gaan. Het streven naar soberheid van calvinisten zou de kunst onnodig verklaren. Maar is dat wel zo? Waar de beeldenstormers in 1566 nog fel gekant waren tegen alle vormen van Bijbelse verbeelding, schilderde de calvinistische Rembrandt ongeveer honderd jaar later doeken vol Bijbelse voorstellingen. En de theoloog Abraham Kuyper kwam zelfs met een neocalvinistische kunstfilosofie op de proppen. Wat vinden aanhangers van deze christelijke stroming eigenlijk van kunst, en waarom? En verandert de calvinistische visie in de loop van de tijd? In deze serie wil ik je graag antwoorden geven op deze vragen. De serie bestaat uit drie delen die elk een tijdsperiode beschrijven. Dit keer: Calvijn en de Reformatie.
Het lijkt me het beste om te beginnen bij het begin. Bij Calvijn dus: de grondlegger van het calvinisme. Het idee heerst dat hij en de kunst niet goed door één deur konden. Maar is dat in werkelijkheid wel zo?
Op basis van wat hij geschreven heeft, kunnen we stellen dat Calvijn religieuze kunst afwees. Hij vond op basis van het tweede gebod dat de aanbidding van afbeeldingen afgoderij is. Religieuze schilderijen zouden in alle gevallen aanzetten tot verafgoding. Het goddelijke zou bovendien niet in beelden te vangen zijn.
Maar hiermee heeft Calvijn nog niet alles over kunst gezegd... Hoewel hij zich verzette tegen het onwettig gebruik van kunst, accepteerde hij de zogenoemde “zuivere kunst”. Calvijn waardeerde bijvoorbeeld de schoonheid van de natuur, omdat het door God geschapen was. Voor de kunst stelde hij zelfs richtlijnen op: “onderwerping aan het Woord van God, nederigheid, soberheid en eenvoud, trouw aan de natuur der dingen, vakmanschap, harmonie en ingetogenheid”.
Volgens Calvijn waren er twee functies van kunst; onderwijs en plezier. Dat laatste vond hij maar ijdel en nutteloos. Maar in de onderwijzende functie van beelden kon hij zich nog wel vinden: een schilderij kon de kijker wat leren over Bijbelse of historische gebeurtenissen.
Maar, zo vond Calvijn, kunst in een kerk was onwettig, omdat de aanwezigheid van beelden de gelovigen zou afleiden van het Woord van God. Ook het afbeelden van God en Jezus was verkeerd, omdat het beeld altijd te kort zou schieten. Kunstenaars vermeden als reactie op Calvijn religieuze onderwerpen, maar richtte zich op portret, landschap, genre, stillevens en klassieke mythologie en geschiedenis.
Calvijn lijkt blind te zijn voor andere functies van religieuze beelden dan aanbidding. Hij maakt bijvoorbeeld geen onderscheid tussen het woord voor 'beeld' en het woord voor 'afgod'. Die zijn volgens hem één en hetzelfde. Maar is het zo dat religieuze beelden per definitie afgodisch zijn?
De kritische houding van Calvijn is te verklaren vanuit een historisch perspectief. Calvijn verzette zich tegen de Rooms-Katholieke Kerk van zijn tijd en schreef de aanbidding van Maria en andere heiligen af. Bij deze devotiepraktijken speelden beelden een grote rol en daar wilde Calvijn zich verre van houden. Begrijpelijk!
Maar toen kwam de Beeldenstorm in 1566. Massaal werd kerk, cultuur en kunst vernietigd. Was dat Calvijns bedoeling?
Calvijn gaf geen directe opdracht gaf tot de Beeldenstorm. Maar het is wel aannemelijk dat zijn ideeën een vruchtbare voedingsbodem hebben gevormd in de discussie over beelden in de kerk. Beeldenstormers lieten zich inspireren door het boekje “Der Leken Wechwyser”, vrij vertaald “De wegwijzer voor gewone gelovigen”, geschreven door de theoloog Veluanus. In dit boek wordt onder andere betoogd dat alle beelden verwijderd moeten worden uit kerken. Deze ideeën komen overeen met de visie van Calvijn. Maar hij wel wilde dat deze zuivering via de ordelijke weg zou verlopen.
Calvijn was dus, hoewel hij religieuze kunst in kerkgebouwen afwees, zeker niet negatief over kunst. Integendeel, kunst volgens de goede richtlijnen was zelfs Bijbels. Zijn stelligheid wat de kunst in de kerk betreft, komt voort uit de afwijzing van Rooms-Katholieke aanbidding van heiligen door middel van beelden. Desondanks heeft zijn visie grote gevolgen gehad, zoals blijkt uit de grote ‘hervorming’ van de schilderkunst. Volgende keer meer over wat volgde op de Reformatie: een tijd van calvinistische, kunstzinnige bloei.
~
Meer weten? Ik raad je dan aan om het boek Kunst D.V. (ISBN: 9789463690706) te lezen. Neem ook eens een kijkje op de website ArtWay.eu.
Deze serie is gebaseerd op een paper dat ik eerder schreef voor mijn studie. Neem contact met me op als je meer wilt weten over dit paper en de literatuur die ik daarvoor heb gebruikt.
Het tweede gebod
Gij zult geen andere goden voor Mijn aangezicht hebben. Gij zult u geen gesneden beeld, noch enige gelijkenis maken, van hetgeen boven in den hemel is, noch van hetgeen onder op de aarde is, noch van hetgeen in de wateren onder de aarde is. Gij zult u voor die niet buigen, noch hen dienen; (...)
Er zijn meerdere portretten bekend van Calvijn. Blijkbaar liet hij zich wel op doek vastleggen... Dit portret is gemaakt door Titiaan, in 1563.
Dit schilderij werd niet door een calvinistische kunstenaar gemaakt, maar Calvijn zou het zeker wel gewaardeerd hebben.
Donaulandschap bij Regensburg werd gemaakt door de protestante Duitse kunstenaar Albrecht Altdorfer rond 1530. Het schilderij sluit aan bij Calvijns bewondering voor de natuur en de gedachte dat God ook in de natuur aanwezig is.
De Beeldenstorm zelf werd later onderwerp van de kunst. Dit schilderij door Dirck van Delen, gemaakt in 1630, toont een verbeelding van de gebeurtenis. Het is de vraag hoe getrouw deze weergave is, omdat het werk pas meer dan zestig jaar na de Beeldenstorm in 1566 gemaakt werd. De schilder kan geen ooggetuige geweest zijn van de gebeurtenis, aangezien hij rond 1600 werd geboren.
Reactie plaatsen
Reacties